In mijn preek op zondag 23 april jl vertelde ik jullie het verhaal over Esther. Over het belang van het hebben van een naam. Esther was een joods meisje dat ondergedoken zat in Vledderveen in het gezin van een predikant-voorganger. Zijn zoon vertelt het volgende verhaal:
Op een warme zomerdag zitten het Joodse meisje – ze loopt nog vrij rond, want ze gaat door voor een kennisje van ons – en ik met onze rug tegen de muur van de schuur. Als Elly Verborg gaat ze door het leven. Plotseling buigt ze zich voorover en schrijft met haar vinger in het zand: Esther Vomberg. Ik zeg geschrokken: ‘Waarom doe je dat?” Ze zegt: ‘Ik wil mijn naam weer eens zien’. Ze veegt met haar voet de woorden weg. Het is me bijgebleven, omdat ik het zo erg vond. Niet met je naam, niet met jezelf voor de dag komen. Je meest eigen zelf moeten verbergen voor de mensen. Je droomt van een wereld na de oorlog, waarin mensen zichzelf mogen zijn zonder bang te zijn.
Je meest eigen zelf moeten verbergen….tijdens de oorlog deden veel mensen dat.
Ze namen een valse identiteit aan. Deden grote en kleine daden van verzet terwijl niemand je in de gaten mocht hebben of krijgen.
Er waren mensen die zichzelf, uit lijfsbehoud, stil hielden. Die probeerden te overleven zonder al te veel op te vallen. Stilletjes, bijna anoniem.
Anderen kozen voor een nieuwe identiteit door openlijk de kant van de bezettende macht te kiezen. Ze schaarden zich niet meer onder de naam van de koningin maar onder de naam van een ander op wie ze hun vertrouwen vestigden.
Zo spreekt het verleden, tot op heden.
Sommige mensen hebben na de oorlog ‘hun meest eigen zelf’ moeten verbergen. Veroordeeld, vernederd, kaalgeschoren, kind van een NSB ‘er, verhuisd naar een ander deel van het land waar ze de naam van je vader niet kenden. Teruggekeerden uit de concentratiekampen die niet met open armen werden ontvangen. Joden die hun diepste zelf moesten verbergen, omdat er ook onder veel gewone mensen na de oorlog nog een anti-joods sentiment heerste.
Mensen die vandaag hun ‘meest eigen zelf’ moeten verbergen. Die niet openlijk durven of kunnen spreken over hun angst, mislukking, eenzaamheid, financiële problemen of gemis. Die niet durven uitkomen voor hun seksuele identiteit, voor hun diepste verlangens, die zich schamen voor het gezin waar ze in opgroeiden, die niet durven zeggen dat ze van hun geloof zijn afgevallen, of juist andersom, die niet durven zeggen of laten blijken dat ze gelovig zijn. Je meest eigen zelf verbergen… Zelfs in de kerk verbergen we regelmatig ons meest eigen zelf.
Ik hoop en bid dat we zo met elkaar kunnen en willen omgaan dat we, net zoals dat joodse meisje, onze naam durven schrijven tegenover elkaar. Laten zien en horen wie we zijn. Letterlijk in openheid en vertrouwen een tipje van de sluier oplichten….. Daar mogen we Gods Geest bij vragen, onze Trooster, Hulp, Bijstand:
Hij opent ons de mond
en schenkt ons aan elkaar. (NLB 686)
Wanneer je je diepste zelf deelt met elkaar ben je en word je een geschenk voor die ander!
Ds. Gerard van de Wetering