Met zelfvertrouwen is weinig mis. Zelfvertrouwen en een zekere mate van trots kan een kracht zijn die je voortstuwt. Een gebrek aan zelfvertrouwen kan ‘remmen’ kan onzeker maken. Als er een deuk in je zelfvertrouwen wordt geslagen kan dat rot voelen. Je moet ervan herstellen. En toch weer de volgende keer de uitdaging aangaan.
Paulus heeft in zijn leven voor grote uitdagingen gestaan. Uitdagingen die je wel met zelfvertrouwen tegemoet kunt treden maar waar zelfvertrouwen weinig bij helpt. Hij schrijft dat het ‘onze krachten te boven ging’. Hij en zijn vrienden moesten vrezen voor hun leven. Denk bijvoorbeeld aan de schipbreuk die hij leed…. maar hij heeft het ook over mishandeling, over honger en kou en zelfs over een doodsvonnis. Dan helpt zelfvertrouwen weinig.
Paulus leerde in die omstandigheden om niet op zichzelf te vertrouwen maar ‘op God die de doden opwekt (2 Corinthiers 1: 9), die ons heeft gered en ons opnieuw zal redden uit eenzelfde doodsgevaar. Op Hem hebben we onze hoop gevestigd: Hij zal ons altijd redden”.
Als God de Heer is die doden laat opstaan (en dat maakt deel uit van de kern van ons geloof) dan kan Hij ons helpen en redden in elke hachelijke situatie.
Zo vertrouwt hij op God en leert hij telkens weer te vertrouwen op God.
Maar ook mensen die voor hem en zijn metgezellen bidden zijn tot steun.
We hebben de afgelopen maanden veel meegemaakt in onze gemeente. Lieve zussen en broers ontvielen ons. En toch willen we blijven vertrouwen op God die ons heeft gered en die ons redt. Op Hem hopen wij. En we steunen elkaar met gebeden, we krijgen steun door elkaars gebeden.
Zo gaan we verder in vertrouwen op de levende Heer. Die levende Heer liet na de opstanding Zijn littekens zien aan zijn leerlingen. De Opgestane Heer, de Levende, Hij poetst de kwetsbaarheid en de littekens niet weg. Hij draagt ze mee, ook na de opstanding. Op Hem vertrouwen wij. Hij die weet heeft van menselijke kwetsbaarheid èn van overwinning.. Tot Hem bidden wij. Zo gaan we het nieuwe seizoen tegemoet: in vertrouwen op de Levende Heer en biddend tot Hem om kracht en zegen.
Ds. Gerard van de Wetering